Patiënten kunnen weer op korte termijn terecht in Nij Smellinghe
DRACHTEN – Nieuwe patiënten, zonder acute zorgvraag, kunnen in ziekenhuis Nij Smellinghe weer op korte termijn een afspraak maken, volgens de reguliere wachtlijst. De tijdelijke maatregel om nieuwe patiënten zonder dringende medische indicatie vanaf 1 januari 2017 in het ziekenhuis te zien, is per direct opgeheven. Dit is mogelijk doordat het Drachtster ziekenhuis en de zorgverzekeraars gezamenlijk verantwoordelijkheid nemen voor de zorg in de regio.
Positief resultaat
De overleggen met de zorgverzekeraars De Friesland Zorgverzekeraar, Menzis, Zilveren Kruis, ASR/De Amersfoortse Zorgverzekering, CZ en DSW zijn naar aanleiding van de noodzakelijke maatregelen geïntensiveerd. Dit heeft geleid tot positief resultaat. Voor 2016 zijn door de zorgverzekeraars extra middelen beschikbaar gesteld. ‘Hierdoor kan de patiënt weer op korte termijn bij ons terecht. Daar zijn wij blij mee’, aldus Norbert Hoefsmit, voorzitter Raad van Bestuur.
De gesprekken met de zorgverzekeraars VGZ en Multizorg hebben nog niet geleid tot concreet resultaat. Op dit moment zijn we nog in gesprek over mogelijke oplossingen. Dit betekent dat patiënten die verzekerd zijn bij één van deze twee zorgverzekeraars wel een afspraakverzoek ontvangen voor het nieuwe jaar 2017. Dit geldt voor nieuwe patiënten, zonder acute zorgvraag. Uiteraard kunnen alle patiënten die acute zorg en/of spoedzorg nodig hebben altijd terecht in ziekenhuis Nij Smellinghe. Op www.nijsmellinghe.nl staat een actueel overzicht van de zorgverzekeringen waar de maatregel van toepassing voor is.
Zorgafspraken 2017
Elk jaar maken wij als ziekenhuis afspraken met de verschillende zorgverzekeraars over de hoeveelheid zorg die we gaan leveren. Op dit moment zijn wij in gesprek met alle zorgverzekeraars voor de zorgafspraken in 2017. ‘Wij gaan er vanuit dat wij goede afspraken kunnen maken met alle zorgverzekeraars voor 2017 en voor de komende jaren. Zo kan Nij Smellinghe doen waar zij goed in is: kwalitatief hoogstaande zorg geven aan patiënten die dit nodig hebben’, aldus Norbert Hoefsmit.
